Koning van de rally: een beetje dom

‘In de rally was je beter, het verschil was de service’, zei een van mijn tegenstanders nadat ik gladjes in twee setjes eraf ging en pakweg 20 aces (inclusief acegame) incasseerde. Het zette me aan het denken. En ik heb de feiten er even bij gepakt.

Want wat is de meest voorkomende rallylengte in onze sport? Ik geef je even de tijd erover na te denken. Is het drie slagen? Vijf slagen? Nope. Goede antwoord? Eén slag. De meest voorkomende situatie op een tennisbaan is dat jouw tegenstander de return op jouw eerste service mist. Nog een mooie statistiek: 70 procent van alle rally’s die je speelt zijn vier slagen of minder. En ja, dat geldt voor alle niveaus.

Wat ik hier mee wil zeggen? Een degelijke service én return zijn cruciaal om een stap hoger te komen. Of op niveau te blijven.

Ik merkte het dit voorjaar dus zelf. Van begin tot eind haperde mijn schouder met serveren, waardoor ik het doosje diclofenac (inclusief maagbeschermers) zeven weken lang als eerste in mijn tennistas stopte. Nu heb ik normaal gesproken al verre van een bijzondere opslag, maar dit voorjaar was het écht armoede.

Mijn services werden meer dan eens weggeblazen, laat staan dat ik enige vorm van druk kon zetten. Dieptepunt (of hoogtepunt) was de onderhandse service op mijn achtste matchpoint in de beslissende laatste competitiewedstrijd. Wél gewonnen. Wie niet sterk is, moet slim zijn. Of zoiets.

Lees ook: Ik word groundsman

Ik werd weer eens met de neus op de feiten gedrukt. Want hoe train ik eigenlijk? En hoe heb ik vroeger getraind? Als we weten dat de service en return zo’n dominante rol hebben in het spel, dan zou je verwachten dat het merendeel van de training ook uit die onderdelen bestaat. Toch is dat niet zo. Nooit geweest. En nu nog niet.

De oefening die we het meeste doen? Midden-midden uit (uiteraard nadat we een lekker half uurtje ingespeeld hebben). De bal onderhands in het spel brengen en het punt uitspelen. Altijd leuk. Als we dat een keer of drie gedaan hebben serveren we nog een paar keer én spelen we een tiebreak. Dan zit die 1,5 uur erop en vinden we het wel mooi geweest. Hoeveel services ik dan geslagen heb? Ik denk nog geen dertig.

Tja, het is dan ook niet vreemd dat je een slechte service hebt (of geblesseerd raakt) als je het nooit traint. Dan kun je wel de koning in de rally zijn, maar daar heb je niks aan. Maxima zou zeggen: het is een beetje dom. Maar je bent nooit te oud om te leren. Al vermoed ik dat midden-midden toch de favoriete oefening blijft.

Similar Posts

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *