Door Robert Hesen
Hoe denk je dat Novak Djokovic de meeste punten wint? Door winners die hij zelf slaat? Of door onnodige fouten van de tegenstander? En, bij de hoeveelste bal in de rally gebeurt dat? Wij geven antwoord op deze vraag en beloven: als je met deze gedachte gaat trainen, maak je snel stappen.
Uit een dataset van Novak Djokovic tussen 2019 en 2023 is vastgelegd hoe de Serviër de punten wint. De dataset bevat 96 wedstrijden, waarvan hij er 83 gewonnen heeft.
Backhandwinners vs onnodige fouten met forehand
Uit de cijfers blijkt dat de olympisch kampioen van Parijs, die toch vooral bekendstaat om zijn ijzersterke backhand en het spelen van lange rallys, ‘slechts’ 5 procent van de totale punten wint met een backhandwinner.
Daartegenover staat dat hij 21 procent van de punten wint door een onnodige fout met de forehand van de tegenstander in de eerste vier ballen van de rally. Voor de duidelijkheid: die 21 procent gaat écht alleen om de eerste vier ballen van het punt. Dit is dus de situatie waarin hij het vaakst een punt wint.
Om dit in perspectief te plaatsen: Djokovic slaat in 6 procent van de rallys zèlf een winner met de forehand.
Een backhandfout van de tegenstander in de eerste vier ballen komt met 16 procent op een tweede plek waarmee Djokovic zijn punten binnenhaalt. Dit percentage is overigens gelijk aan een forehandfout van de tegenstander in een rally die langer duurt dan 5 slagen.
Lees ook: Wie wordt de opvolger van Wesley Koolhof in Davis Cup-team?
Carlos Alcaraz
Uit een dataset van Carlos Alcaraz is eenzelfde conclusie te trekken. In 63 wedstrijden blijkt dat hij veruit de meeste punten wint door fouten van de tegenstander in de eerste vier slagen van de rally. Om precies te zijn: 19 procent door een forehandfout en 18 procent door een backhandfout van de tegenstander.
Welke forehandfout komt dan het meeste voor?
Een onnodige fout met een forehand return is in deze situatie de misser die het vaakst voorkomt. Daarna volgt een forehandfout na de service, gevolg door een forehandfout na de return.
Waarom worden in die 0-4 rally meer fouten gemaakt met de forehand dan met de backhand?
Veel is tennis draait om tijd weg te nemen van de tegenstander. En een achterzwaai met de forehand kost nu eenmaal meer tijd dan een backhand-voorbereiding. Waarom? Bij een forehand bevindt de slagschouder zich meer naar achteren vergeleken met de backhand, waardoor die zwaai automatisch langer wordt. Als je dan een harde service of een snelle return moet verwerken, ben je technisch kwetsbaar.
Daarnaast is het zo dat spelers hun eigen forehand regelmatig overschatten. Ze nemen te veel risico met een onnodige fout tot gevolg.
Wat leer je hiervan?
We kunnen hier natuurlijk heel diep op ingaan, maar we houden het simpel. Veruit de meeste rally’s, ook op recreatief niveau, worden beslist in de eerste vier slagen. Maar als je eerlijk bent: hoeveel train je daadwerkelijk op de service, return en die twee extra ballen? Of ben je toch vooral lekker aan het rally’s aan het spelen vanaf de baseline? Ik zeg niet dat je moet stoppen met dat laatste, maar besteed vooral (veel) meer aandacht aan die eerste situatie.
En tot slot: serveer en retourneer niet alleen naar de backhand van de tegenstander. Kies vaker voor de forehand, de statistieken wijzen uit dat het werkt. Vraag het maar aan Djokovic.